Marleen kon daardoor geen kleding voor zichzelf kopen en ook niet oefenen met geld om te gaan. Ze vroeg meerdere keren om kleedgeld, zonder resultaat. Haar groepsleiding en voogd wezen steeds naar elkaar. Het maakte Marleen erg verdrietig. Ze schaamde zich voor haar kapotte en versleten kleren. Af en toe kon ze kleding lenen van groepsgenoten of gaf iemand iets aan haar. Inmiddels is Marleen volwassen en woont ze elders. Toch heeft ze nog steeds last van de periode dat ze geen kleedgeld had. Ze heeft niet kunnen sparen en is er angstig van geworden. Ze hoopt dat andere kinderen en jongeren die op een groep wonen dit niet hoeven mee te maken.

Het Advies- en Klachtbureau Jeugdzorg (AKJ) diende namens Marleen een klacht in bij de Kinderombudsman. De Kinderombudsman vindt de klacht van Marleen gegrond. De instanties die voor haar verantwoordelijk waren, hadden het probleem van het kleedgeld moeten oplossen. Toen zij er samen niet uitkwamen, hadden ze de gemeente erbij moeten betrekken. Ook de gemeente had initiatief kunnen en moeten nemen om tijdig met de instellingen afspraken te maken over kleedgeld voor jongeren zoals Marleen. Daarom is de gemeente ook verantwoordelijk.

De Kinderombudsman vindt dat Marleen alsnog haar kleedgeld vergoed moet krijgen. Daarom heeft de Kinderombudsman bij de verantwoordelijke instanties aangedrongen om Marleen een reƫle schadevergoeding te betalen. Verder heeft de Kinderombudsman bij de gemeenten en instanties aangedrongen op een structurele oplossing en duidelijke afspraken, zodat deze nare situatie voor jongeren zich in de toekomst niet meer voordoet. De gemeente en de instelling hebben inmiddels afspraken gemaakt, alleen die afspraken kwamen te laat voor Marleen.

Daarnaast moeten instanties zorgen voor goede voorlichting aan jongeren over kleedgeld. Ze moeten weten hoe het geregeld is en bij wie ze terecht kunnen als het niet goed geregeld is. De Kinderombudsman heeft hiervoor een flyer opgesteld, die als bijlage aan dit rapport is toegevoegd. Dit kan een onderdeel worden van de voorlichting. Deze voorlichting is ook belangrijk voor medewerkers.

Al drie keer eerder deed de Kinderombudsman onderzoek naar dit probleem en de ingrijpende gevolgen voor jongeren. In 2017 verscheen het rapport 'Krijg jij al zakgeld?' en in 2019 publiceerde de Kinderombudsman het rapport 'Mag ik mijn zakgeld?'. Afgelopen zomer publiceerden we het rapport 'Wie geeft mij(n) zak- en kleedgeld?'. De Kinderombudsman herhaalt nu de aanbeveling uit dit rapport. Het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) moet een landelijke regeling maken, zodat het zak- en kleedgeld voortaan eenduidig en voor ieder kind geregeld is.

Lees het rapport 'Nog steeds geen kleedgeld'
Bekijk de flyer 'Krijg jij geen zak- en/of kleedgeld?'